Joost Broeren-Huitenga
Was Netflix in 2017 in Cannes nog boeman en zondebok, een jaar later was het streamingbedrijf plotseling uitgegroeid tot serieus te nemen kracht in de filmindustrie. Netflix-films zijn steeds vaker te zien in de bioscoop en op gerenommeerde filmfestivals. Het bedrijf dat zich zo graag als 'disruptor' afficheert en aan de poten van de filmwereld wil zagen, gaat steeds meer op een traditioneel mediabedrijf lijken.
Waar twee honden vechten om een been, gaat een derde ermee heen, luidt het gezegde. Op het eerste gezicht lijkt dat ook op te gaan bij de ruzie tussen het Filmfestival Cannes en streamingdienst Netflix, die in 2018 breed werd uitgemeten.
De korte versie: eerst weigerde Cannes films te selecteren die geen Franse bioscooprelease krijgen. Vervolgens weigerde Netflix om water bij de wijn te doen en trok het zijn films terug, waaronder Alfonso Cuaróns roma en the ballad of buster scruggs van de broers Coen. En ten slotte was het Filmfestival Venetië de lachende derde, aangezien het mede dankzij diezelfde Netflixtitels in september een ijzersterk programma kon neerzetten.
De echte situatie is uiteraard gecompliceerder. Want waarschijnlijk is dit een gevecht met alleen maar winnaars: elk van de drie partijen kon dankzij het relletje zijn reputatie bevestigen én versterken. Een win-winsituatie.
Paniekvoetbal
De brouillering tussen Cannes en Netflix begon in 2017, toen het platform voor het eerst twee films naar de Rivièra bracht: okja van de Koreaanse regisseur Bong Joon-ho en the meyerowitz stories van Amerikaan Noah Baumbach. Het was direct goed voor ophef: de Franse bioscoopeigenaren kondigden zowat een revolutie aan, in de filmzalen klonk boegeroep toen het Netflixlogo in beeld verscheen, en juryvoorzitter Pedro Almodóvar verklaarde al tijdens de openingspersconferentie van het festival dat hij zich niet kon voorstellen dat zijn jury de Gouden Palm zou geven aan een film die niet uitkomt in de bioscoop.
De protesten uit de Franse filmwereld wogen zwaar voor de organisatie van Cannes, dat nog tijdens het festival van 2017 aankondigde dat het vanaf het volgende jaar alleen nog films zou selecteren die ook een Franse bioscooprelease krijgen. Normaal gesproken is dat een formaliteit: vrijwel elke film die in Cannes in competitie draait, wordt aangekocht voor distributie in Frankrijk.
Maar bij de producties van Netflix ligt dat anders, dankzij een andere Franse wet. Die bepaalt dat films die in de bioscoop worden uitgebracht pas op zijn vroegst 36 maanden later op online platforms beschikbaar mogen worden. Dat botst met het Netflixbeleid om hun producties, áls ze al een bioscoopvertoning krijgen, ook direct online te zetten. Het streamingbedrijf zag de nieuwe regel dan ook als een directe aanval, en sloeg in april 2018 terug door al haar producties terug te trekken van het festival. De stap was zorgvuldig getimed: de aankondiging kwam toen het festival intern zijn selectie al rond moet hebben gehad, maar daar nog niet mee naar buiten was gekomen. Paniekvoetbal op het festivalkantoor, dat moet Netflix voor ogen hebben gehad.
In de hielen bijten
De teruggetrokken producties waren niet alleen nieuwe producties, zoals de genoemde films van Cuarón en de broers Coen. Ook Orson Welles was kind van de rekening – zoals hij ook bij leven al zo vaak speelbal was geweest van de grillen van de filmindustrie.
Een eindelijk voltooide versie van zijn film the other side of the wind was namelijk ingetekend voor een galavertoning buiten competitie. De film, waarin regisseur John Huston is te zien als filmmaker die na een lange afwezigheid terugkeert naar Hollywood, werd gedraaid in de jaren zeventig maar door Welles niet afgemaakt. De afgelopen jaren vond een nauwgezette reconstructie plaats op basis van de originele opnames en Welles' aantekeningen, in eerste instantie gesteund door een crowdfundingcampagne en later ook door Netflix.
Welles' film verweeft zijn moeizame ontstaansgeschiedenis direct al in zichzelf, met een verhaal dat draait om een filmmaker die zijn film niet gemaakt krijgt. De film is expliciet opgezet als de zwanenzang van zijn hoofdpersonage, en impliciet misschien ook wel als die van zijn maker. De door Huston gespeelde Jake Hannaford is een mastodont uit een oude wereld, die met zijn oude makkers meewarig toekijkt hoe een nieuwe generatie aan hun hielen bijt. Dat geldt voor het verhaal, maar ook voor het maken van de film – Welles omringde zich op de set met zowel oude rotten als de jonge honden van wat tegenwoordig 'New Hollywood' wordt genoemd. Welles is in feite de perfecte brug tussen die twee: hij maakte zijn debuut citizen kane (1941) in de gouden jaren van het oude Hollywood, maar positioneerde zichzelf vervolgens zodanig als outsider dat hij voor de jonge anti-studiogeneratie een held en rolmodel kon worden. En uiteindelijk trekt hij met zijn scherpe satire, die de manische energie van een koortsdroom heeft, een lange neus naar allebei die groepen.
Wie weet zou Welles erom hebben kunnen gniffelen dat zijn laatste film nu te zien is via Netflix, het bedrijf dat zo vrolijk blijft zagen aan de poten van die hele filmwereld die hij in de film zo scherp op de hak neemt. Dat het precies zo'n ruzie in de juridische marges van de filmwereld was, die de première van zijn film alsnog een paar maanden uitstelde, is een bijna té perfect staaltje ironie van de bovenste plank.
Lanceerplatform voor Oscarkandidaten
Welles kreeg zijn première dus uiteindelijk niet aan de Croisette in Cannes, maar op het Venetiaanse Lido. Net als een handvol andere makers – al heeft Cannes nooit bevestigd welke van de Netflix-titels ze zouden hebben geselecteerd, behalve die van Welles. Het platform bracht in ieder geval zes films naar het Filmfestival Venetië, dat in 2015 al ruimte had gemaakt in zijn programma voor de allereerste Netflix Original-productie beasts of no nation van regisseur Cary Fukunaga.
In 2018 waren er drie nieuwe Netflixfilms in competitie te zien: naast de films van Cuarón en de Coens ook Paul Greengrass' 22 july, een veelomvattende reconstructie van de terroristische aanslagen in Oslo en op het eiland Utøya in 2011 die echter niet positief uit de vergelijkingen met de enkele maanden eerder verschenen Noorse film utøya 22. juli rolde. Buiten competitie was er, naast the other side of the wind, ook plek voor Morgan Nevilles documentaire over die Welles-film en voor de Italiaanse productie sulla mia pelle van Alessio Cremonini, een waargebeurd verhaal van extreem politiegeweld dat tot de dood van een kleine crimineel leidde.
Maar verreweg de meeste aandacht trok Alfonso Cuaróns roma. Het zwart-witte epos gebaseerd op de jeugdjaren van de filmmaker won in Venetië de Gouden Leeuw, en werd ook direct na de première al door velen getipt als grote kanshebber voor de Oscars. Die voorspellingen werden ruimschoots ingelost: roma kreeg nominaties voor tien Oscars, waarvan het er drie inloste – die voor beste niet-Engelstalige film, beste regie (Cuarón) en beste camerawerk (eveneens Cuarón zelf). Zo werd de reputatie die Venetië de afgelopen jaren opbouwde als lanceerplatform voor Oscarkandidaten opnieuw bevestigd. Dankzij de gunstige positionering in het najaar is Venetië, zeker in combinatie met het vrijwel gelijktijdig plaatsvindende festival van Toronto, een ideale springplank naar een campagne in het prijzenseizoen – waarvoor Cannes in mei eigenlijk te vroeg komt. Sinds 2013 is ieder jaar een van de winnaars van het beeldje voor Beste Film en/of dat voor Beste Regie zijn weg begonnen in Venetië, en dankzij Cuarón werd die lijn in 2018 opnieuw doorgezet.
Prestigeproject
Ook Netflix kreeg al met al een flinke opsteker van de heisa. Was het in 2017 in Cannes nog boeman en zondebok, een jaar later was het bedrijf plotseling uitgegroeid tot serieus te nemen kracht in de filmindustrie en liep het (afhankelijk van je perspectief) als winnaar weg uit de onderhandelingen met Cannes.
De zes films in Venetië tonen al dat die stap voor Netflix het gewenste effect heeft gehad, en ook daaropvolgende grote festivals namen Netflix serieus: in Toronto werden, vrijwel gelijktijdig als in Venetië, zeven Netflixtitels vertoond, waaronder de openingsfilm van het festival. En in februari 2019 selecteerde de Berlinale ook twee Netflixfilms. Daar kwam nog wel wat gemor over van de Duitse bioscoopexploitanten, maar dat nam eigenlijk niemand meer serieus.
Alle aandacht rond eerst de afwezigheid van de films in Cannes en later juist de selectie in Venetië, hielp Netflix bovendien om roma te positioneren als Oscarkandidaat bij uitstek. Daarvoor moest het bedrijf wel afstand nemen van een van haar heilige huisjes: de film moest de bioscopen in. Net als the ballad of buster scruggs en de thriller bird box met Sandra Bullock. Maar die films kregen alleen in Amerika een kleine release, zoals het bedrijf dat ook in eerdere jaren al vergeefs met enkele prijswaardige producties had gedaan. Iets beter verging het 22 july, die in meerdere landen de bioscoop haalde – ook in Nederland was de film begin oktober plotseling in een handjevol zalen te zien. Dat gebeurde nogal plompverloren en zonder al te veel aankondiging vooraf. Terugkijkend lijkt het er dan ook op dat de release van 22 july vooral een manier is geweest om het terrein te verkennen, voordat het zich met roma op een volledige bioscooproulatie zou storten.
Met roma werd namelijk een nieuwe stap gezet: de film werd wereldwijd (maar niet in Frankrijk) in meerdere bioscopen per land uitgebracht. Netflix hield daarbij zo veel mogelijk zelf in de hand: er kwam geen externe distributeur aan te pas, en het bedrijf lijkt zorgvuldig te hebben geselecteerd in welke bioscopen de film te zien was. Al had ze daarin niet volledig de vrije hand: zowel in de Verenigde Staten als elders, ook in Nederland, werd de film geweerd uit de zalen van grote ketens als Vue en Pathé. Een kleine domper voor Cuarón, want juist die ketens hebben de zalen in handen die zijn voorzien van het relatief nieuwe geluidssysteem Dolby Atmos, waarin ook roma werd gemixt. Op de inzet dat roma alleen in Atmos-zalen vertoond zou worden, moest dus worden teruggekomen. In Nederland draaide roma vanaf half december in eerste instantie alleen in Eye Filmmuseum, Amsterdam. Pas enkele weken daarna werd de release uitgebreid naar tientallen andere zalen in het land – waar de film vervolgens nog tot diep in maart 2019 te zien was.
Het lijkt er al met al op dat Netflix nu doen wat de andere grote spelers ook al jaren doen: de bioscooprelease gebruiken als prestigeproject. De film mag de zalen in als een reclamemiddel voor hun product, dat er vooral op is gericht om meer abonnees naar het online platform te lokken.
Iedereen winst
Al die stappen passen naadloos in een andere tendens. Het bedrijf dat zich zo graag als 'disruptor' afficheert, gaat steeds meer op een traditioneel mediabedrijf lijken.
De toch al flinke aanwezigheid in Hollywood van het bedrijf wordt bijvoorbeeld in 2020 sterk uitgebreid, wanneer het een prestigieuze kantoortoren betrekt. En in oktober 2018 kocht Netflix zijn eigen studiocomplex (niet in Los Angeles maar in het stadje Albuquerque in de staat New Mexico, zo'n 1.000 kilometer landinwaarts), nadat het eerder nabij Madrid al een studio voor zijn Spaanstalige producties had betrokken. Het complex in Albuquerque moet het centrum worden voor de nog altijd groeiende hoeveelheid eigen producties van het bedrijf, zowel series als films, waar Netflix tientallen miljarden (!) per jaar aan besteedt.
Netflix begon als bedrijf dat zaagde aan de poten van de gevestigde spelers. Maar inmiddels is het zélf onderdeel van de gevestigde orde geworden, alle grote woorden over vernieuwing ten spijt. In beurswaarde is het inmiddels de andere giga-media-conglomeraten Fox, Comcast en Disney voorbijgestreefd. En het zal geen toeval zijn dat de beurswaarde van Netflix precies eind mei 2018 voor het eerst boven die van Disney uitschoot – kort na het festival van Cannes, dus.
En Cannes zelf? Misschien was het Franse festival uiteindelijk wel de grootste winnaar. In de voorgaande jaren werden de gesprekken rond het festival vaak beheerst door negativiteit richting de festivaldirectie – of dat nu ging om matige selecties of de blinde vlek die men leek te hebben voor vrouwelijke makers. Nu kon Cannes zich weer eens ouderwets profileren als voorvechter van la septième art. Want ondanks alle grote verhalen over de afwezigheid van Netflix, was die in het programma in feite nauwelijks voelbaar. Sterker nog: 2018 was volgens velen een bovengemiddeld goed jaar voor Cannes. Niks honden die vechten om een been – in de strijd tussen Netflix en Cannes was er voor iedereen winst.
BEELD
ROMA
22 JULY
THE BALLAD OF BUSTER SCRUGGS
THE MEYEROWITZ STORIES
OKJA
BEASTS OF NO NATION